Een bundel van zeven preken waarvan de titel ontleend is aan Psalm 119 vers 7.
Gerrit Jan van den Noort werd geboren op 29 augustus 1928 te Rijssen. Het gezin Van den Noort behoorde tot de Gereformeerde Gemeente. Na zijn schooltijd aanvaardde Gerrit Jan een administratieve functie. In zijn jonge jaren mocht hij ervaren dat God met hem bemoeienissen wilde maken. De prediking van de predikanten in Rijssen mocht voor zijn ziel tot zegen worden gesteld.

In de avonduren ging Van den Noort studeren voor het staatsexamen onderwijzer. In 1953 werd hij benoemd als onderwijzer te Rouveen, in 1958 te Barneveld. In deze plaats werd hij al spoedig gekozen tot ouderling van de Gereformeerde Gemeente. Echter, er leefde in zijn hart nog iets anders. Door genade mocht hij gevoelen dat de Heere nog ander werk voor hem had, namelijk de dienst in Zijn wijngaard. In 1961, werd hij toegelaten tot de studie. In 1965 werd hij als predikant bevestigd te Capelle aan den IJssel. Daarna volgde de gemeente van Zeist en tenslotte Krimpen aan den IJssel.