John Preston (1587-1628) is een van de vermaardste puriteinse godgeleerden die de Engelse kerk gekend heeft. Hij werd in 1587 geboren. Zijn ouders waren Thomas Preston, een boer, en Alice Marsch. Een oom van moederszijde, Creswell, was burgemeester van Northampton. Een rijk en kinderloos man. Deze adopteerde Preston en betaalde diens studie en opleiding te Cambridge. Het jaar 1607 bracht een ommekeer in Prestons leven en studie. In dat jaar beluisterde hij namelijk een preek van ds. John Cotton. Van toen af werd hij bevriend met ds. Cotton en ging theologie studeren.
Toen koning Jacobus I in maart 1615 een bezoek aan Cambridge bracht, maakte Preston zo’n goede indruk op hem, dat hij van toen af de gunst van ‘het hof’ genoot. Hij bestudeerde vooral de geschriften van zijn tijdgenoot en Hervormer Johannes Calvijn. Hij was een grote kanselredenaar die met zijn preken grote menigte hoorders trok.
Hij leed aan de longen en stierf op zondag 20 juli 1628 en werd op 28 juli begraven. Ds. John Dod, predikant te Fawsley, leidde de begrafenisdienst.
Preston was ongehuwd. Zijn werken verschenen na zijn dood. Ze werden uitgegeven door Richard Sibbes, John Davenport, Thomas Ball en Thomas Goodwin.
In deze uitgave wordt het dagelijks bidden behandeld.