Menu

Roelof den Ouden

1. Kunt u in het kort iets over uzelf vertellen?
Op 6 juni 1978 ben ik in het Zuidhollandse Nieuw-Lekkerland geboren, als oudste van 7 kinderen. Na de basisschool ging ik naar de reformatorische scholengemeenschap Guido de Bres in Rotterdam, waar ik de Havo heb gevolgd. Ik heb altijd geroepen dat ik schoolmeester wilde worden, dus na de Havo toog ik vol goede moed naar de PABO in Gouda. Ik ontdekte echter dat ik de verkeerde keuze had gemaakt. De opleiding werd afgebroken en nu werk ik als administratief medewerker bij een veevoederfabriek in Nieuw-Lekkerland. In 2001 ben ik getrouwd met Marriëlle en we hebben twee lieve kinderen: Rick en Julia.

2. Hoe bent u tot het schrijven van boeken gekomen?
Op school vond ik het altijd leuk om opstellen te schrijven en ik heb wel eens een paar pogingen gedaan om een echt boek te schrijven. Na een herfstvakantie in Zuid-Limburg, waar onze aanhangwagen werd gestolen, kreeg ik opeens de kriebels om het weer te proberen. Ik had meteen een onderwerp en toen het verhaal klaar was, stuurde ik het naar Uitgeverij Gebr. Koster in Barneveld. Die vond het nog niet geschikt voor uitgave, maar met goede begeleiding kwam er toch een spannend boek uit de bus. Zo ontstond Zwendel op Zuid-Beveland.

3. Hoe lang doet u over het schrijven van een boek?
Ik bedenk eerst een onderwerp waarover ik wil schrijven en waar ik de gebeurtenissen wil laten plaatsvinden. Daarna maak ik een schema en bepaal ik hoe het verhaal in grote lijnen gaat worden. Als dat is gebeurd, schrijf ik de hoofdstukken helemaal uit. Ik werk er ongeveer 1 à 2 avonden per week aan. Op zo'n avond ontstaan ongeveer twee getypte pagina's. In totaal ben ik ongeveer tien maanden met een boek bezig.
Als het verhaal helemaal klaar is, laat ik het aan mijn vrouw, broers en zussen lezen. Die kunnen dan opmerkingen maken, die ik vervolgens in het verhaal verwerk. Daarna stuur ik het manuscript naar mijn uitgever.

4. Heeft u geen moeite met het doorgeven van een boodschap in een razend spannend verhaal?
Ja, daar heb ik moeite mee. Voor mezelf zie ik het schrijven van een spannend boek als het gebruiken van de gave die ik daarvoor heb gekregen. Niet om voortdurend te 'evangeliseren', maar ik schrijf natuurlijk wel vanuit het gedachtegoed van de gereformeerde gezindte. In een spannend verhaal wil ik laten zien dat 'geldgierigheid de wortel is van alle kwaad'. Daaruit vloeit veel misdaad voort. Als ik achteraf naar het verhaal kijk, vraag ik me af: Heb ik ook iets wezenlijks doorgegeven? Dat is voor mij een spanningsveld.

5. Heeft een spannend boek uw voorkeur?
Ja, voorlopig wel. Ik ben helemaal in mijn element als ik een spannend verhaal bedenk en dat vervolgens uitwerk. Soms denk ik erover om ook kinderboekjes te proberen met 'éénlettergreepwoorden'. Nu wij twee van die hummels hebben, lijkt het me wel wat om dat ook eens te doen. Wie weet!

6. Krijgt u reacties van het lezersprubliek?
Ja, niet alleen vanuit mijn familie- en kennissenkring, maar ook van verschillende jongelui krijg ik heel veel leuke reacties. Dat stimuleert me enorm om, als ik de gezondheid ervoor krijg, nog een poosje door te gaan met schrijven.